
13. PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Zie de veiligheidshoofdstukken .
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
Het apparaat wordt niet
warm.
Het apparaat is uitge-
schakeld.
Schakel het apparaat in.
Het apparaat wordt niet
warm.
De dagtijd is niet inge-
steld.
Stel de klok in. Zie 'Dag-
tijd instellen en wijzigen'.
Het apparaat wordt niet
warm.
De benodigde kookstan-
den zijn niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de in-
stellingen correct zijn.
Het apparaat wordt niet
warm.
De automatische uit-
schakeling is actief.
Raadpleeg "Automatisch
uitschakelen".
Het apparaat wordt niet
warm.
De zekering is doorge-
brand.
Controleer of de zeke-
ring de oorzaak van de
storing is. Als de zekerin-
gen keer op keer door-
slaan, neem dan contact
op met een erkend in-
stallateur.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Op het display verschijnt
C1.
U wilt de pyrolytische rei-
niging starten maar u
heeft de geleiders / tele-
scopische geleiders niet
verwijderd.
Verwijder de geleiders /
telescopische geleiders.
Op het display verschijnt
C2.
U wilt de pyrolytische rei-
niging, warmhoudfunctie
of ontdooifunctie starten
maar u heeft de vlees-
thermometer niet uit de
aansluiting gehaald.
Haal de stekker van de
kerntemperatuursensor
uit de aansluiting.
Op het display verschijnt
C3.
U wilt de pyrolytische rei-
niging starten maar u
heeft de ovendeur niet
goed gesloten.
Sluit de deur volledig.
Op het display verschijnt
F102.
Het deurslot is defect. • Sluit de deur volledig.
• Schakel het apparaat
uit via de huiszekering
of de veiligheidsscha-
kelaar in de zekering-
kast en schakel hem
dan weer in.
• Neem contact op met
de klantenservice,
wanneer "F102" op-
nieuw wordt weerge-
geven.
NEDERLANDS 39