
• Het isolatieschuim bevat ontvlambare
gassen. Neem contact met uw
plaatselijke overheid voor informatie
m.b.t. correcte afvalverwerking van
het apparaat.
• Veroorzaak geen schade aan het deel
van de koeleenheid dat zich naast de
warmtewisselaar bevindt.
3. BEDIENING
3.1 Inschakelen
1. Steek dan de stekker in het
stopcontact.
2. Draai de temperatuurknop naar
rechts op een gemiddelde stand.
3.2 Uitschakelen
Draai de thermostaatknop op de stand
"O" om het apparaat uit te schakelen.
3.3 Temperatuurregeling
De temperatuur wordt automatisch
geregeld.
Een gemiddelde instelling is
over het algemeen het meest
geschikt. De exacte instelling
moet echter worden gekozen
rekening houdend met het
feit dat de temperatuur in het
apparaat afhankelijk is van:
• de kamertemperatuur
• hoe vaak de deur geopend
wordt
• de hoeveelheid voedsel
die wordt bewaard
• de plaats van het apparaat
1. draai de thermostaatknop op een
lagere stand om de minimale koude
te verkrijgen.
2. draai de thermostaatknop op een
hogere stand om de maximale koude
te verkrijgen.
LET OP!
Als de omgevingstemperatuur
hoog is of als het apparaat
volledig gevuld is en de
thermostaatknop op de
koudste instelling staat, kan
het apparaat continu werken,
waardoor er ijs op de
achterwand gevormd wordt.
In dat geval moet de knop op
een hogere temperatuur
gezet worden om
automatische ontdooiing
mogelijk te maken en
zodoende het energieverbruik
te beperken.
4. HET EERSTE GEBRUIK
4.1 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt, wast u de binnenkant en
de interne accessoires met lauwwarm
water en een beetje neutrale zeep om de
typische geur van een nieuw product
weg te nemen. Droog daarna grondig af.
LET OP!
Gebruik geen oplosmiddelen
of schuurmiddelen. Deze
beschadigen de lak.
www.aeg.com6