
De waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een wa-
terontharder die is ontworpen om mineralen
en zouten uit het leidingwater te verwijderen
die een schadelijk of negatief effect zouden
hebben op de werking van het apparaat.
Hoe hoger het gehalte van deze mineralen en
zouten is, des te harder is het water. De
hardheid van water wordt gemeten in
equivalente eenheden, Duitse hardheid (°
dH), Franse hardheid (°TH) en mmol/l (milli-
mol per liter - internationale eenheid voor de
hardheid van water).
De ontharder moet worden ingesteld in over-
eenstemming met de hardheid van het water
in uw omgeving. Uw waterleidingbedrijf kan
u informeren over de hardheid van het water
in uw woonplaats.
De waterontharder moet op beide ma-
nieren worden ingesteld: handmatig,
met behulp van de waterhardheidstoets
en elektronisch.
Waterhardheid
Aanpassen van de waterhardheidsin-
stelling
Ge-
bruik
van
zout
°dH °TH mmol/l handmatig elektronisch
51 - 70 91 - 125 9,1 - 12,5 2 niveau 10 ja
43 - 50 76 - 90 7,6 - 9,0 2 niveau 9 ja
37 - 42 65 - 75 6,5 - 7,5 2 niveau 8 ja
29 - 36 51 - 64 5,1 - 6,4 2 niveau 7 ja
23 - 28 40 - 50 4,0 - 5,0 2 niveau 6 ja
19 - 22 33 - 39 3,3 - 3,9 2 niveau 5 ja
15 - 18 26 - 32 2,6 - 3,2 1 niveau 4 ja
11 - 14 19 - 25 1,9 - 2,5 1 niveau 3 ja
4 - 10 7 - 18 0,7 - 1,8 1 niveau 2 ja
< 4 < 7 < 0,7 1 niveau 1 nee
Handmatig instellen
De afwasmachine wordt in de fabriek in-
gesteld op stand 2.
1. Open de deur van de afwasmachine.
2. Neem het onderrek uit de afwasmachine.
3. Zet de waterhardheidstoets in stand 1 of
2 (zie tabel).
4. Plaats het onderrek terug.
Elektronisch instellen
De afwasmachine is in de fabriek inge-
steld op stand 5.
1. De afwasmachine moet uitgeschakeld
zijn.
2. Houd de toets start/annuleren ingedrukt
en draai de programmaschakelaar met
de klok mee totdat de programma-aan-
wijzer correspondeert met het eerste
afwasprogramma.
3. Laat de toets start/annuleren los. Het
lampje aan/uit en het controlelampje
start/annuleren gaan knipperen. Dit be-
tekent dat u de functie waterontharder
geactiveerd heeft.
4. Tegelijkertijd begint het controlelampje
'einde programma' te knipperen.
Het huidige niveau wordt aangegeven
door het aantal keren dat het
controlelampje einde programma knip-
pert en een onderbreking van ca. 3 se-
conden.
Voorbeelden:
5 keer knipperen, pauze, 5 keer knippe-
ren, pauze, enz... = niveau 5
6 electrolux