
Vóór gebruik
NL
9
Vóór gebruik
Opmerkingen over het gebruik van uw
camera
Functies ingebouwd in deze camera
• Deze handleiding beschrijft 1080 60i-
compatibele apparaten en de 1080 50i-
compatibele apparaten.
Om te controleren of uw camera een
1080 60i-compatibel apparaat of een
1080 50i-compatibel apparaat is,
controleert u of de volgende merktekens
op de onderkant van de camera staan.
1080 60i-compatibel apparaat: 60i
1080 50i-compatibel apparaat: 50i
• De camera is compatibel met bewegende
beelden van het formaat 1080 60p of 50p.
Anders dan bij standaardopnamefuncties
tot nu toe, die opnemen volgens de
geïnterlinieerde methode, neemt deze
camera op volgens de progressieve
methode. Dit verhoogt de resolutie en
geeft een vloeiender, realistischer beeld.
Opmerkingen over opnemen/
weergeven
• Om een stabiele werking van de
geheugenkaart te garanderen, adviseren
wij u iedere geheugenkaart die u voor het
eerst in deze camera wilt gebruiken
formatteert met behulp van deze camera.
Let erop dat door het formatteren alle
gegevens op de geheugenkaart zullen
worden gewist. Deze gegevens kunnen
daarna niet meer worden hersteld. Maak
een reservekopie van alle belangrijke
gegevens op een computer of ander
opslagmedium.
• Als u herhaaldelijk beelden vastlegt/wist,
kan er fragmentatie van gegevens
ontstaan op de geheugenkaart. Misschien
zal het niet mogelijk zijn films op te slaan
of op te nemen. In dat geval slaat u de
beelden op een computer of ander
opslagapparaat op, en voert u daarna
[Formatteren] (pagina 32) uit.
• Voordat u begint met opnemen maakt u
een proefopname om te controleren of de
camera juist werkt.
• De camera is niet stofdicht, niet
spetterdicht en niet waterdicht.
• Voorkom dat de camera wordt
blootgesteld aan water. Als water in de
camera binnendringt, kan een storing
optreden. In sommige gevallen, kan de
camera niet worden gerepareerd.
• Richt de camera niet naar de zon of ander
fel licht. Hierdoor kan een storing in de
camera ontstaan.
• Gebruik de camera niet in de buurt van
een plaats waar sterke radiogolven
worden gegenereerd of straling wordt
uitgestraald. Op deze plaatsen kan de
camera de beelden niet goed opnemen of
weergeven.
• Als u de camera in zanderige of stoffige
plaatsen gebruikt, kunnen storingen
optreden.
• Als er condens op de camera is gevormd,
verwijdert u dit voordat u de camera
gebruikt.
• Niet met de camera schudden of er
tegenaan stoten. Hierdoor kan een storing
ontstaan en kan het onmogelijk worden
beelden op te nemen. Bovendien kan het
opnamemedium onbruikbaar worden en
kunnen de beeldgegevens beschadigd
raken.
Schermtaal
U kunt de taal selecteren die op het
scherm wordt afgebeeld met behulp van
het menu (pagina 34).