
11. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Haal de stekker van het apparaat uit het
stopcontact alvorens onderhoudswerk-
zaamheden te verrichten.
11.1 Buitenkant reinigen
Het apparaat alleen schoonmaken met
zeep en warm water. Maak alle opper-
vlakken volledig droog.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, op-
losmiddelen of chemische pro-
ducten.
11.2 Ontkalken
Als de waterhardheid in uw gebied hoog
of gemiddeld is, raden we u het gebruik
van waterverzachter voor wasautomaten
aan.
Controleer de trommel regelmatig om
kalk en roestdeeltjes te voorkomen.
Gebruik alleen speciale producten voor
wasmachines om roestdeeltjes te verwij-
deren. Doe dit apart van het wassen van
wasgoed.
Volg altijd de instructies die u
vindt op de verpakking van het
product.
11.3 Onderhoudswasbeurt
Bij programma's met lage temperaturen
is het mogelijk dat er wat wasmiddel
achterblijft in de trommel. Voer regelma-
tig een onderhoudswas uit. Om dit te
doen:
• Haal al het wasgoed uit de trommel.
• Stel het katoenprogramma in met de
hoogste temperatuur met een kleine
hoeveelheid wasmiddel.
11.4 Deurrubber
Controleer het deurrubber regelmatig
en verwijder voorwerpen uit de binnen-
kant.
11.5 Het wasmiddeldoseerbakje reinigen
1.
1
2
2.
18
www.aeg.com