
30
NL
beperkingen,ofdiegeenervaringofkennishebben,tenzijze
dooreenpersoondieverantwoordelijkisvoorhunveiligheid
begeleidwordenbijofgeïnstrueerdzijnoverhetgebruikvan
hetapparaat.Kinderenmoetengecontroleerdwordenomte
zorgendatzenietmethetapparaatspelen.
• Hetverpakkingsmateriaalisgeenspeelgoedvoorkinderen.
Afvalverwijdering
• Verwijderingvan het verpakkingsmateriaal: houdt u aan
deplaatselijke normen, zodathet verpakkingsmateriaal
hergebruiktkanworden.
• DeEuropese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging van
Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist
datoude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen
vernietigdviadenormaleongesorteerdeafvalstroom.Oude
apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het
hergebruikvandegebruiktematerialenteoptimaliserenende
negatieveinvloedopdegezondheidenhetmilieutereduceren.
Hetsymboolophetproductvande“afvalcontainermeteen
kruiserdoor” herinnert u aanuw verplichting, dat wanneer
uhet apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden
ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met delocale
autoriteitenvoorinformatieoverdejuistewijzevanvernietiging
vanhunoudeapparaat.
Het milieu sparen en respecteren
• Plaatshetapparaatineenkoele,goedgeventileerderuimte,
behoedthetvoordirectezonnestralen,plaatshetnietdichtbij
eenwarmtebron.
• Laatdedeur,wanneeruetenswarenindekoel-ofdiepvrieskast
zetoferuithaalt,zokortmogelijkopenstaan.
Elkekeer dat de deur opengaat ontstaat een aanzienlijk
energieverlies.
• Vulhetapparaatnietmetteveeletenswaren:vooreenoptimale
conservering moet de koude luchtstroom vrijuit kunnen
circuleren.Alsudecirculatiebelemmert,zaldecompressor
constantblijvenwerken.
• Zetgeenwarmelevensmiddeleninhetapparaat:dezezouden
debinnentemperatuur verhogen waardoor de compressor
harderwerktenereengroterelektrischverbruikontstaat.
• Ontdooi het apparaat alser ijsvorming plaatsvindt (zie
Onderhoud);eendikkelaagijsvertraagtdekoudeoverdracht
naardelevensmiddelenenverhoogthetenergieverbruik.
Storingen en oplossingen
Hetzou kunnen gebeuren dat het apparaat niet functioneert.
VoordatudeServicedienstbelt(zieService),moetucontroleren
dathetgeenprobleemisdatukuntoplossenmetbehulpvan
volgendelijst.
Het lampje van de binnenverlichting gaat niet aan.
• Destekkerzitnietinhetstopcontact,ofnietvoldoendeom
contacttemaken.Wellichtzithethelehuiszonderstroom.
De koelkast en de diepvrieskast zijn niet koud genoeg.
• Dedeurensluitennietgoedofdeafdichtingenzijnversleten.
• Dedeurenwordenvaakgeopend.
• DeknopvandeTEMPERATUURREGELINGstaatnietopde
goedestand
• Dekoelkastofdediepvrieskastzijnovermatiggevuld.
• Detemperatuurvanhetvertrekwaarhetapparaatzichbevindt
islagerdan14°C.
In de koelkast bevriezen de etenswaren.
• DeknopvandeTEMPERATUURREGELINGstaatnietopde
goedestand
• Delevensmiddelenstaanincontactmetdeachterwand.
De ventilator AIR draait niet.
• Dedeurvandekoelkaststaatopen
• HetAIRsysteemwordtalleendanautomatischgeactiveerdals
hetnoodzakelijkisdeoptimaleconditiesaandebinnenkant
vanhetkoelgedeelteterugtebrengen.
De motor blijft doorlopend draaien
• Dedeurisnietgoeddichtofwordtconstantgeopend.
• Debuitentemperatuuriserghoog.
• Deijslaagismeerdan2-3mmdik(zie Onderhoud).
Het apparaat maakt veel lawaai.
• Hetapparaatstaatnietwaterpas(zie Installatie).
• Hetapparaatstaattussenmeubelsofobjectendietrillenof
geluidmaken.
• Hetverkoelingsgasmaakteenlichtgeluidookwanneerde
compressorstilstaat:ditisnormaal,hetisgeenstoring.
Enkele delen aan de buitenkant van de koelkast zijn zeer
warm.
• Dehogetemperaturenzijnnoodzakelijkomhetvormenvan
condenstevoorkomeninbepaaldegedeeltesvanhetproduct
Op de achterwand van het koelgedeelte bevindt zich ijs of
waterdruppels.
• Ditisdenormalewerkingvanhetproduct.
Op de bodem van de koelkast ligt water.
• Deafvoeropeningvoorhetwaterisverstopt(zie Onderhoud).